In 2006 vroeg een lerares Engels op een middelbare school aan de studenten om beroemde auteurs te schrijven en om hen advies te vragen. Kurt Vonnegut was de enige die reageerde – en zijn antwoord was prachtig:
“Beste Xavier High School, en Ms. Lockwood, en de heren Perin, McFeely, Batten, Maurer en Congiusta.
Ik dank u voor uw vriendelijke brief. Jullie weet wel hoe je een echt oude gozer (84) moet opvrolijken in zijn jaren van zonsondergang. Ik doe geen publieke optredens meer, want ik lijk nu niet meer zozeer op mezelf als wel op een leguaan.
Wat ik je te zeggen had, zou bovendien niet lang duren: Oefen eender welke kunst, muziek, zang, dans, acteren, tekenen, schilderen, beeldhouwen, poëzie, fictie, essays, reportage, … hoe goed of hoe slecht ook, niet om geld en roem te vergaren, maar om te ervaren wat er in je zit, om je ziel te laten groeien.
Serieus! Ik bedoel, begin nu, doe iets kunstzinnigs en doe het voor de rest van je leven. Teken een grappige of mooie afbeelding van Ms. Lockwood, en geef het haar cadeau. Dans naar huis na schooltijd, zing onder de douche. Maak een gezicht in je aardappelpuree. Speel alsof je de Graaf Dracula bent. En ga zo maar door.
En hier is een opdracht voor vanavond, en ik hoop dat Ms. Lockwood je zal laten zakken als je het niet doet: Schrijf een zesregelig gedicht, over om het even wat, maar wel op rijm. Maak het zo goed mogelijk. Daarna vertel je niemand wat je gedaan hebt. Laat het aan niemand zien of draag het niet voor, zelfs niet aan je vriendin of ouders of aan Ms. Lockwood. OKÉ? Scheur het papier in teeny-weeny stukjes, en gooi ze weg in ver uit elkaar staande afvalbakken. Dan zal je merken dat je al glorieus beloond bent voor je gedicht: je hebt iets ervaren, iets geleerd over wat er in je zit, en je hebt je ziel laten groeien.
God bless you all!
Kurt Vonnegut